
Zeven jaar – en even oud als haar grote broer
Vorige week werd Juul zeven jaar. Ze telde de dagen af, keek uit naar de slingers, de traktaties op school, haar kinderfeestje en haar taart met glitters.
En toch hing er iets in de lucht.
Juul is nu even oud als Mees is geworden.
Zeven jaar is de leeftijd waarop Mees is overleden.
En nu, op deze verjaardag, is zij net zo oud als Mees. Er is geen leeftijdsverschil meer.
Ze zijn — voor even — even oud.
En dat voelt vreemd.
Niet fout, niet verkeerd. Maar vreemd.
Want ineens valt het besef rauw binnen: komende maanden zal zij verder groeien dan hij ooit heeft mogen doen. Iets wat zo onnatuurlijk voelt. Want hoe kan een jonger zusje ouder worden dan haar grote broer ooit is geweest?
We vierden haar verjaardag, natuurlijk. Dat verdient ze, dat verdient ieder kind. Ze keek ernaar uit, en wij gunden het haar van harte. Maar onder de slingers hing ook het gemis. De dubbele laag die rouw zo vaak heeft.
We proberen onze weg te vinden in dit nieuwe stuk van het rouwproces.
Een nieuwe manier in hoe we het leven mogen vieren, zonder het verlies te vergeten.
Hoe we ruimte geven aan Juul zonder Mees tekort te doen. Hoe we vreugde toelaten terwijl we rouw blijven dragen.
Het is een evenwichtsoefening. Soms wiebelen we. Soms valt het zwaar.
Maar altijd is er liefde. Voor allebei.
Er is geen handleiding voor. Geen stappenplan. Alleen een hart dat klopt tussen twee uitersten in.
We nemen ze allebei mee — op onze eigen manier, in ons eigen tempo. En misschien is dát wel wat rouw is: leren leven met wat naast elkaar bestaat. Liefde én verlies.
Reactie plaatsen
Reacties